Print deze werkafspraak

Moeheid bij pubers

stroomschema actie huisarts

stroomschema actie kinderarts

Doel van de werkafspraak is:

  • De huisarts handvatten tot aanpak in de 1e lijn aan te reiken
  • Indien relevant een goede verwijzing door huisarts naar de kinderarts te bewerkstelligen
  • Suggesties geven voor samenwerking huisarts-kinderarts-jeugdarts

Vormen van moeheid

Vormen van moeheid:

  • “Gewone moeheid” is een fysiologisch fenomeen dat ontstaat bij lichamelijke en/of mentale inspanning en door rust herstelt. Moeheid na b.v. een infectie kan tot wel een maand aanhouden
  • Steeds moe zijn en niet uitgerust raken. Vaak zijn er dan ook slaapstoornissen of is er sprake van overbelasting. Kinderen proberen vaak in het weekend bij te slapen.
  • Langdurige moeheid.  Er zijn naast uitlokkende factoren ook factoren die de moeheid onderhouden.
  • Chronisch vermoeidheidssyndroom (CVS): Langdurig bestaande klachten, die niet verbeteren na rust en leiden tot ernstige beperkingen in dagelijks leven.

 

Bij steeds moe zijn en langdurig moe zijn (minimaal 2-3 maanden) kan de huisarts actie ondernemen en/of verwijzen. Met beperkte middelen -anamnese, lichamelijk onderzoek en beperkt lab- kan veel gedaan worden. Belangrijk is om het stempel CVS te voorkomen.

Schoolverzuim

Schoolverzuim

Een belangrijk gegeven is of de moeheid gevolgen heeft voor school. Bij schoolverzuim ontstaat een educatieve en sociale achterstand, die ook op langere termijn  gevolgen kan hebben. Ouders horen bij meer dan 2 dagen schoolverzuim contact op te nemen met school.  Regel is dat de school na 16 uren verzuim in 4 weken al melding doet. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen geoorloofd (bv ziekte) en ongeoorloofd verzuim. Bij “geoorloofd”  schoolverzuim wordt de jeugdarts ingeschakeld en bij “ongeoorloofd” schoolverzuim  de leerplichtambtenaar.

De jeugdarts komt in actie bij meer dan 15 dagen verzuim of 3 maal ziek zijn in 3 maanden.

De jeugdarts zou contact moeten opnemen met de huisarts of kinderarts.

 

Als de klachten (en schoolverzuim) blijven bestaan is na 2-3 maanden verwijzing naar de kinderarts aangewezen.

Actie huisarts

Actie huisarts

Anamnese

Algemene tractus anamnese met aandacht voor slaaphygiëne, het gebruik van (nachtelijke) sociale media, nachtelijke (dyspneu)klachten, beperkingen ten gevolge van vermoeidheid, rode vlaggen en aandachtspunten (werkschema).

Het kan zinvol zijn om de puber alléén te spreken, zonder ouders.

 

Uitgebreid lichamelijk onderzoek

  • Groeicurve
  • Algemene indruk
  • Huid: eczeem, krabeffecten
  • KNO: allergische rhinitis, OSAS, lymfadenopathie, schildklier
  • Hart: hoe groot is de lever?
  • Longen: astma
  • Abdomen: obstipatie
  • Neurologisch onderzoek: neurologische uitval
  • Bewegingsapparaat: zwelling gewrichten

 

Screenend lab onderzoek
Screenend onderzoek = zelden informatief. Kans op afwijkende uitslagen is groot terwijl de relevantie vaak beperkt is. Belangrijk is een korte uitleg aan puber en ouder(s) over beperkte toegevoegde waarde van laboratorium onderzoek. Gemiddeld is 1/20 aangevraagde waardes afwijkend. Advies om hoogdrempelig diagnostiek af te nemen bij rode vlaggen of aanwijzingen bij KOZ.

Toelichting:

Ferritine is een maat voor de voedingstoestand en is een acuut fase eiwit.

BSE zegt meer bij chronische- en autoimmuunprocessen dan CRP.

Coeliakiescreening alleen op indicatie bij verdenking vanuit anamnese

Punt van aandacht:

Virologisch /serologisch onderzoek (bv Ebstein Barr antistoffen) zonder andere klinische of anamnestische aanwijzingen dan alleen de moeheid draagt niet bij aan een medische diagnose,

 

Inschakelen van de jeugdarts

Zo nodig kan de jeugdarts worden ingeschakeld. De jeugdarts (en schoolverpleegkundige) is een brug naar school. De jeugdarts kan veel informatie geven en ook een re-integratie traject met school uitzoeken.  (telefonisch aan GGD doorgeven naam en geboortedatum van het kind; GGD zoekt welke jeugdarts is betrokken en jeugdarts belt huisarts. Tel.GGD Fryslân: 088 - 229 9222)

 

Behandeling/begeleiding

De huisarts kan uitleg en adviezen geven en zo nodig een 1e lijns hulpverlener inschakelen (fysiotherapeut, psycholoog, coach etc). Deze zijn te vinden in Slimtelefoonboek (http://www.sdfryslan.nl/aanbieders/overzicht-regionaal-gecontracteerde-aanbieders) of in de ‘menukaart 1.3’(= bijlage Menukaart).

Bij ernstige slaapproblemen  niet gelijk starten met melatonine. Eerst huismiddeltjes volgens Thuisarts.nl

Simpele adviezen

  • herstel dag-nachtritme door opstaan rond 7-8 uur in ochtend, op tijd naar bed, waarbij goede slaaphygiëne, dus donkere kamer, smartphone/ipad en dergelijke uit of elders. Dit ook in weekend!
  • normale maaltijdmomenten, volwaardige voeding
  • opbouw fysieke activiteit, met afspraken/app voor looptraining,  eventueel met begeleiding door fysiotherapeut /coach voor reactiveren
  • opbouw school hervatting met stappenplan

 

Criteria voor verwijzing naar de kinderarts als klachten 2-3 maanden bestaan zie werkschema

In de  verwijsbrief moet de vraag duidelijk beschreven zijn:  b.v. langer durende vermoeidheid en schoolverzuim.  Overleg met de kinderarts over termijn van afspraak op de poli is mogelijk. Bij schoolverzuim  zouden  kind en ouders binnen 10 dagen gezien moeten worden. (semispoed).

Er is een Zorgdomein verwijzing  (ZD.-> kindergeneeskunde.-> “overig” -> Moeheid bij pubers).

 

Actie kinderarts

Actie kinderarts

  • Afhankelijk van de bevindingen verricht de  kinderarts (beperkte) nadere diagnostiek.
  • De kinderarts start een 2 sporen beleid: zoeken naar de oorzaak 

                                                                             zoeken naar in stand houdende factoren.

  • De kinderarts geeft uitleg over het bio-psychisch-sociaal model en uitleg over hoe het lichaam werkt.
  • Doorgaans verwijst de kinderarts naar 1e lijns begeleiding. De kinderarts heeft vaak contact met de (1e lijns) hulpverlener. In de ontslagbrief wordt de 1e lijns begeleiding benoemd.

In complexe situaties, bij veel schoolverzuim of moeilijk te doorbreken in stand houdende gevolgen verwijst de kinderarts naar de revalidatie (poliklinisch en klinische traject van 12 weken) of naar de psychiatrie/ klinische psychologie.

De revalidatie richt zich op het fysieke stuk/re-activatie door opbouw en conditie en re-integratie op school.

De psychiatrie/ klinische psychologie richt zich meer op het mentale stuk door behandeling van b.v. angst, trauma, dag-nachtverstoring etc.

 

 

bijlage 1: Slaapvragenlijst

Volledige werkafspraak

Bekijk hier de volledige werkafspraak 'Moeheid bij pubers'